Dankzij de tijd die ik nu meer heb, krijg ik meer grip
op mijn diabetes en dus betere waarden. Voor het eerst in tijden had ik
eergisteren een dag waarop alle bloedsuikers onder de 10 bleven. Hier is het
overzicht:
BS E KH
Dinsdag 12 maart
2013
N (8.00) 9,3 1,5 3-5
10.00 7,213.00 5,0 5 40
16.00 7,9 1,5 12
18.00 6,0 6,6 45
23.00 7,3
Helaas vertaalt dat zich niet in minder pijn. Sterker
nog, het lijkt alsof de pijn in de voeten en de handen erger wordt. Maar dat
kan ook door de kou van de afgelopen dagen komen.
En dacht ik vroeger dat vermoeidheid vooral te maken
had met hoge bloedsuikers – dat is dus absoluut niet zo. De vermoeidheid is
chronisch blijkbaar. Hij slaat ook toe op meerdere momenten per dag.
Van mijn tante Rola ontving ik tijdens een reünie van
onze familie in 2009 een copie van brieven van mijn ouders gericht aan haar – tijdelijk
wonend op de Bahamas - in de periode dat
mijn zusje Wendelmoet baby was en ik diabetes kreeg.
Daarover schreef mijn vader op 24 januari 1971 – 6 dagen
na de ontdekking dat ik diabetes mellitus type 1 had - het volgende:
“Van moeder (dat was mijn oma Renske) weet je inmiddels dat Annemike in ’t ziekenhuis ligt. Het gaat aardig goed; ze heeft zich erbij neergelegd dat ze een paar weken daar moet blijven en ze is echt bezig te wennen aan de gedachte dat ze haar leven lang gehandicapt blijft.”
Ja, gehandicapt. Dat klinkt minder erg dan ziek zijn.
Hij schetste verder een dramatisch beeld van de
voorafgaande tijd:
“We ontdekten het eigenlijk een week geleden, toen ze
per dag ongeveer 5 à 6 liter dronk. Zondag was het niet meer te harden.Ze was
broodmager in één week, spierwit en doodmoe. De schoolarts heeft haar
doorgestuurd naar de huisarts, toen meteen naar de specialist en meteen in het
ziekenhuis. Ze heeft nu al 4 dagen injecties en dat helpt natuurlijk. (…) We
moeten nu het beste maar hopen.”
Ergens in de begin jaren 80 toen ik begon met preken
kwam ik die schoolarts weer tegen in Kedichem. Ik had daar een dienst geleid en
hij schudde me de hand en zei: “Ik ben de arts die ontdekte dat je diabetes had.
Ik was altijd benieuwd hoe het met je was gegaan en ben blij vandaag te zien
dat je plezier hebt om voor te gaan in een dienst.” Hij heette van de Andel en
ik was oprecht ontroerd hem weer te ontmoeten. Het moet voor zo’n man ook een
schok zijn geweest om bij een kind van 11 ½ jaar zo’n ziekte te moeten
constateren.Ik zie nog hoe hij een plastic bekertje in zijn hand had met een
wijzertje en dat dat ding verschoof en trillend een waarde aangaf die niet
deugde – want dat was duidelijk af te lezen van zijn gezicht.
Nu, dankzij de stok, dus wel.
Leuke herinneringen aan die ziekenhuisperiode zijn de
volgende. Ik kreeg van mijn ouders een horloge; de geur van 4711 Tosca Eau de
cologne; een kaart van mijn tante Rola uit de Bahama’s met de tekst: ‘An apple
a day, keeps the doctor away’ en een roze koektrommel met zelfgebakken
suikervrije zandkoekjes, waarvan ik er – eenmaal thuis – elke dag één mocht
snoepen.
Ziek zijn kan ook zichtbaar, ruikbaar en eetbaar iets
moois opleveren.